Samen naar een asbestveilig Vlaanderen in 2040.
About
(Bron: OVAM)
Aanwezigheid van asbest is een gezondheidsrisico
​
Recent onderzoek toont aan dat alleen al de aanwezigheid van hechtgebonden of niet-hechtgebonden asbest in een gebouw een gevaar kan vormen voor het leefmilieu.
Dat komt omdat het bindmiddel (vb. cement) dat de schadelijke asbestvezels insluit door veroudering en verwering alsmaar zwakker wordt. Daardoor komen de asbestvezels bloot te liggen en kunnen ze in de omgeving terechtkomen.
Hoe slechter de toestand van een asbesttoepassing, hoe moeilijker het wordt om ze veilig te beheren en te ontmantelen. Bovendien lopen ook de maatschappelijke kosten steeds meer op, bijvoorbeeld op het gebied van gezondheid of voor de bouw- en recyclagesector.
Asbest massaal aanwezig
in Vlaanderen
​
Tot het gebruik van asbest in 1998 en 2001 werd verboden in België, werd de stof tientallen jaren lang verwerkt in meer dan 3500 uiteenlopende toepassingen.
In Vlaanderen zouden gebouwen en infrastructuur ouder dan 2001 zo’n 2,3 miljoen ton aan asbesthoudende toepassingen bevatten, goed voor:
-
ruim 2,8 miljoen woningen;
-
354 000 niet-residentiële gebouwen;
-
40 000 kilometer aan nutsleidingen.
De kans dat u in Vlaanderen asbest aantreft in een woning, appartement of school is dan ook zeer groot. In 70 tot 90 procent van de gevallen loopt u het risico op asbest te stuiten, tenzij er een totaalrenovatie heeft plaatsgevonden.
Het actieplan asbestafbouw
​
De Vlaamse regering keurde in 2018 het Actieplan asbestafbouw goed
dat ervoor moet zorgen dat Vlaanderen tegen 2040 asbestveilig is.
Het plan is opgebouwd rond 2 peilers: asbestinventarisatie en asbestverwijdering, en bevat verschillende maatregelen om risicovolle asbesttoepassingen versneld uit onze gebouwen te verwijderen.
Enkel asbesttoepassingen in goede staat mogen nog aanwezig zijn in onze leefomgeving. Al het risicovolle asbest moet op een veilige manier weggenomen en opgeborgen worden.
Asbesthoudende materialen zijn een risico als ze door beschadiging, veroudering of verwering schadelijke asbestvezels afgeven in de omgeving. Ook wanneer de kans bestaat dat een asbesttoepassing asbestvezels afgeeft, wordt ze als risicovol beschouwd.
Meer over het actieplan
​
De keuze om naar een asbestveilig Vlaanderen te gaan is een weloverwogen keuze. Nadat een maatschappelijke kosten-batenstudie
is gebeurd, is er een afweging geweest tussen de uitersten van “niets doen” en “toewerken naar een ‘asbestvrij’ Vlaanderen”.
Het doel ‘asbestvrij Vlaanderen’ is eigenlijk onhaalbaar. Onder onze wegen en gebouwen zit ook asbest; daarnaast zijn er 40.000km ondergrondse nutsleidingen (riolering en drinkwater) in asbestbuizen. In een asbestvrij Vlaanderen zouden al die ondergrondse asbesttoepassingen moeten verwijderd worden. Dat zou betekenen dat je gebouwen moet slopen en vloerplaten moet uitbreken, en alle leidingen moet vervangen. Vlaanderen zou helemaal open liggen met enorme mobiliteitshinder tot gevolg.
Er is dus gekozen om naar een ‘asbestveilig’ Vlaanderen te gaan tegen 2040. Dit betekent nog steeds dat 90% van het totaal asbestpassief in Vlaanderen zal moeten verwijderd worden.
Asbestbeleid geïntegreerd in andere beleidsdomeinen
​
De Vlaamse Regering streeft ernaar onze leefomgeving uiterlijk tegen 2040 asbestveilig te maken. Die doelstelling staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van een breder beleid.
Bijvoorbeeld op het vlak van:
​
-
klimaat: de verwijdering van risicovolle asbesttoepassingen in daken, gevels of rondom stookinstallaties triggert een energiezuinige vernieuwing met extra dak- of gevelisolatie, een nieuwe verwarmingsinstallatie of de mogelijkheid voor het plaatsen van zonnepanelen (verboden op asbestdaken).
-
circulaire bouw: gevaarlijke stoffen zoals asbest verwijderen is essentieel om sloopmaterialen terug in de kringloop te brengen en zo duurzame, circulaire gebouwen en renovaties mogelijk te maken.
-
ruimtelijke ordening: dankzij de sloop van oude, asbesthoudende gebouwen in buitengebieden ontstaat er nieuwe ruimte.
-
wonen: asbestveilig wonen is een onmisbaar onderdeel van de basiswoonkwaliteit.